Geerts Grote Tinder Experiment (3): de conclusies

Het is alweer ruim een maand geleden daat ik begon met dit experiment. En oh, wat is het leuk. Nieuwe mensen leren ontmoeten en twee keer zelfs matches in het ‘echte leven’ (dus van de foto op je mobiel naar tastbaar huid). Ik vind het zo wel leuk geweest, hierbij wil ik het experiment afsluiten. Ik denk dat ik de laatste swipes uitdeel en daarna de apps minder tot niet ga gebruiken. Dat zal wel moeilijk gaan als ik mijzelf goed genoeg ken!

Ik heb veel geleerd  van de gesprekken die ik gevoerd heb. Je staat open voor elkaar, en vertelt kleine dingen in het leven. Er verscheen af en toe een glimlach op mijn gezicht toen we vertelden welke rare hobby’s we hadden. Er kwamen zeker ook zwaardere thema’s aan bod, zoals geloof. Ik en de anderen hadden zin in lolligheden, maar discussies over zaken gingen we dus niet uit de weg.

De kracht van zulke ontmoetingsapps op de mobiel hebben zich bewezen, want je breidt je sociale contacten behoorlijk uit. Bovendien is het veilig, want de profielen die op Tinder en Hot or Not zijn gebaseerd op info (en foto’s!) van Facebook. Naar eigen wens hebben ze de profielen aangevuld met meer info. De meeste creatieve omschrijvingen – “over mij:” – kwamen voorbij.

Een leerpuntje is dat je niet gelijk met personen een afspraakje moet maken. Het is de basis voor een kleine maar ongemakkelijke afknapper, waarna je tekst en uitleg moet geven. Awkward! Geduld en vertrouwen zijn de sleutelwoorden voor langdurige en opbeurende chatsessies.

Wat een beetje opvallend is, is de omschakeling van personen als de gebruiker 18 jaar geworden is. Aan het einde van de 17e levensjaar ziet men nog personen onder de 18 in beeld, en op de verjaardag is dat veranderd in 18+ personen . Eigenlijk is dat wel begrijpelijk, want de eigenaars hebben de apps niet bedoeld voor kinderlokkers en ander vaag gespui.

Conclusie der conclusies: ik vond het leuk om er even vvol mee bezig te zijn, maar het is ook wel een keer mooi geweest. Ik heb met veel mensen gechat, en het is een originele app om nieuwe mensen te leren kennen.

Boekanalyse 2: De littekens van de dag (Hans Laroes)

De auteur, Hans Laroes, was maar liefst negen jaar lang hoofdredacteur van de NOS. In die jaren heeft hij veel meegemaakt en is er veel veranderd. Zijn belevenissen en gedachtes over de journalistiek staan in dit redelijk dikke boek – tussen de voor- en achterkant zijn er krap 320 bladzijden te vinden. Best wel veel op het eerste gezicht, maar het boeit mij enorm en ik heb het boek dan ook met plezier gelezen. Laroes vertelt in het boek over alle partijen die bij het nieuws betrokken zijn, zoals de consumenten, de journalisten van de NOS zelf, en de nieuwsbronnen.

Laroes kent zijn publiek goed. TV-kijkend en radioluisterend Nederland wordt zorgvuldig onder de loep genomen, van klein (zijn dochtertje) tot groot (“hoogopgeleide volwassenen”). Daarnaast weet hij wat zijn collega’s doen. Ik vind het leuk om te lezen hoe zo’n groot en machtig nieuwscompagnie in elkaar steekt, maar ook de veranderingen, snel en langzaam, geven een goed beeld over het reilen zeilen van de verschillende deelredacties. Pluspuntje: enkele nieuwsfeiten komen terug in het verhaal, de aanval bijvoorbeeld op de Twin Towers in New York. Hier kijk je niet mee naar de happenings zelf, maar over de schouder van Laroes hoe de redactie stoeit met alle informatie en reacties.

Dit boek stimuleert mij om journalistiek te volgen, want ik droom er al van om daar te werken. Of een ander nationale zender uiteraard, maar het komt erop neer dat men zorgvuldig maar toch met enige spoed nieuws moet brengen aan een breed publiek. Door Laroes’ verhaal weet ik een beetje wat ik kan verwachten, echter moet ik nog veel leren en doen – “al doende leert men”. Journalistiek blijft veranderen, dus ik ben nieuwsgierig hoe ik over tien jaar nieuws vergaar. We zullen het zien.

Boekanalyse: Uit onbetrouwbare bron (Theo Dersjant)

De ondertitel van dit boek is “de mooiste missers in de media”. Dat is dan ook precies waar het 160 pagina’s tellend boekje over gaat: de nieuwsblunders die gemaakt zijn. Dit kan héél lang geleden gebeurd zijn – bijvoorbeeld eind 19e eeuw –  tot het recentere verleden, neem nou 1995. Het boekje onderscheidt de blunders in twee hoofdgroepen. De eerste groep blunders komt van de journalist zelf, die verkeerde informatie in de media brengt. De andere groep is de ‘vergiftigde bron’, zoals het boekje mooi vertelt. Een buitenstaander of iemand die heel graag in de media wil komen, die komt dan per abuis in de krant

“Het beste vermaak is leedvermaak” is een bijpassende slogan voor deze overzicht van foutjes (of juist de grove fouten). Per dag komen er tientallen nieuwsberichten langs, en men mag er van uitgaan dat de daarin vermelde informatie klopt. Hoor- en wederhoor, één bron is geen bron en andere regeltjes moeten voorkomen dat onjuiste berichten geplaatst worden. Enkele berichten vallen dan door de spreekwoordelijke mand en blijken achteraf niet waar te zijn. Ik vind dat het wel eens mag en kan gebeuren, maar zeker niet te vaak.

Wat mij bevalt aan dit boekje, is dat er praktische en korte voorbeelden worden gehouden. Af en toe tijdens het lezen verschijnt er dan ook een glimlach op mijn mond, omdat het een domme blooper is die ik zelfs kan vermijden. Journalistiek is werk met veel gestress denk ik, en dan kan een misser inderdaad wel eens voorbij komen. Foutje, bedankt.

Geerts Grote Tinder Experiment (2): de eerste ontmoetingen en gesprekken

Inmiddels rolt het balletje goed als het om Tinder gaat. Sinds kort gebruik ik ook Hot or Not, een applicatie die veel overeenkomsten vertoont met Tinder. Ik gebruik ze nu even vaak, en de gesprekken worden leuker, mijn sociale contacten stapelen zich op. Het is opmerkelijk dat meer meiden een match met mij hebben op Hot or Not, dan op Tinder. Ik heb geen enkel idee waar het aan kan liggen, misschien dat Tinder echt zoekt in de regio die je instelt? Met Hot or Not is dat niet het geval, die app zoekt in heel Nederland.

Maar goed, de eerste ontmoeting is achter de rug. Ik ben niet gewend om ’s zaterdags vroeg uit mijn bed te gaan, nee, laat mij maar uitslapen tot een uur of tien. Afgelopen zaterdag echter moest ik 7:45 uur eruit om twee-en-een-half uur te reizen. Dat is helemaal geen bezwaar, genoeg te staren in uit de raam van de intercity. Lopend op het perron van A’dam-Centraal ben ik toch wel zenuwachtig. Vragen kwamen in mij op als “Hoe komt hij over?”, “Is hij er wel?” of “herkent hij mij wel?”

Amsterdam op een zonnige novemberdag met een Tindermatch

Amsterdam op een zonnige novemberdag met een Tindermatch

Gelukkig was alle ‘paniek’ om niets. De eerste Tindervriend was heel erg vriendelijk, en pratend en wandelend kwamen wij de tijd door. En dat ging snel. Onze hoofdstad zien met een insider/leeftijdsgenoot doet mij wel goed. Ik ben benieuwd wat de volgende ontmoeting wordt, ik verklap echter al dat ik een zaterdagje doorbreng in de omgeving van de Noord-Hollandse plaats Schagen. Wordt vervolgd dus!

Concluderen kan en wil ik nog niet, immers het experiment is niet afgelopen. Toch vind ik het mooi om te zien hoe zo’n app als Tinder mensen bij elkaar brengt, en ook snel mensen in real-life bij elkaar laat komen. Openstaan voor elkaar en vertrouwen geven en nemen zijn de belangrijkste zaken die je goed laat voelen; ook in andere situaties zie ik het terug. “No fear to fail” zeg ik in gedachten.

Verder geniet ik van de gesprekken die ik voer via WhatsApp, want penvrienden zijn zóóóóó 1985. Ik moet oppassen dat ik niet 24/7 daaraan vastzit, want studie en een beetje vrije tijd eisen ook hun aandacht. Daarnaast is een studenten-OV heel handig, want anders kostte dit hele zaak bakjes vol geld, en dat kan ik ergens anders voor gebruiken.

Kijkje op mijn school (2): De zesde Journalistieke Arena, met Diederik Smit

Dit was toch wel de leukste editie van de Journalistieke Arena. Dit kwam doordat Diederik Smit, bekend van de satirisch-journalistieke site De Speld, te gast was. Hij en een paar andere mensen nemen het nieuws op de hak op deze site. Zelf kom ik er ook regelmatig, en ik heb mijzelf er ook op betrapt dat ik zo’n Facebook-post van De Speld in een snelle blik aanzag voor een normale nieuwssite. Ik plaatste een reactie, en zag daarna dat het van De Speld was.

Nu even terzake: in de grote zaal van het Leger des Heils, beter bekend bij studenten als de Korpszaal, zaten de heer Smit, de heer Pfauth en twee studiegenoten aan een tafel. Het tafereeltje zag er apart maar gezellig uit. Smit vertelt hoe zijn dagen eruitzien, want hij heeft nog andere werkplekken. Neem nu Radio 1, De Dag van Diederik. Of wat te denken van de Globaal Nieuws-bulletins, van de radio-afdeling van De Speld? Daarnaast schrijft hij boeken – ikzelf heb zo’n Speld boek over het stichting van (de Republiek der) Nederland(en). Hij deed verder nog onduidelijk over een tv-programma met Arjan Lubach. Ik ben heel nieuwsgierig hoe dat wordt!

De Speld past goed bij mij en dit college heeft mij heel erg geïnspireerd. Er werd gesproken over hoe geen nieuws toch nieuws kan worden, als er maar een zwaard in zit. Of mijn spinsel dat er ook wel bij past: “Ebola uitgebroken in Republiek Donetsk”. Smit heeft verder een mooie stem om jaloers op te worden…

https://twitter.com/EerstGeert/status/520230599404302336

^ De tweet die mij een prijs opleverde

Na deze inspirerende college van Diederik Smit gingen de eerstejaars journalisten door met de quiz. Opvallend was dat veel leerlingen al ‘uit’ waren na de eerste vraag, en daardoor duurde de quiz ook niet zo lang. Maar daarna gebeurde er iets totaal onverwachts. Ik was Student van de Week, omdat ik als enige die week aandacht had geschonken aan de nominaties. Het was slechts een vraag of iemand een andere wilde nomineren, maar hiermee is verder niets gebeurd. Die impulsieve Twittervraag heeft mij dus een mooi boekje gekregen uit de handen van de heer Pfauth, en het is geschreven door zijn collega Johan Snel.

Kijkje op mijn school: Rob Wijnberg op de eerste Journalistieke Arena

Vanwege de vernieuwing van de journalistieke opleiding op het CHE zijn er ook nieuwe vakken ontstaan. Eén van die vakken is het “Journalistieke Arena”, waarin bekende en halfbekende personen, werkzaam in de journalistiek, colleges geven.

Aan het begin ontstond verwarring toen enkele studenten zeiden dat het in een kerk was die dichtbij onze hogeschool zit, maar anderen spraken dit weer tegen. Mijn klasgenoten en ik wisten even niet waar we naartoe moesten, maar niet lang daarna kwam er een WhatsAppje binnen dat we toch in een ander zaaltje hadden (PTC+ voor de insiders – een kantine van een bedrijf vlakbij het CHE)

*** eerste indruk op https://decorrespondent.nl/robwijnberg ***

De kick-off van dit vak is dan met vertraging begonnen, maar het waren wel leuke 80 (oorspronkelijk 100) minuten. Rob Wijnberg – hoofdredacteur van de Correspondent – was namelijk de gastdocent, en hij legde uit wat hij vond van de traditionele media. Hij noemde het de Waan van de Dag, want de wereld draait gewoon verder. Wijnberg legde uit dat hij ertegen in wil gaan, en anders te doen dan de andere nieuwsbedrijven.

Op zich is dit niet verkeerd, want hij slaat figuurlijk rechts af waar andere journalisten rechtdoor gaan. Persoonlijk vind ik het nadelig dat de Correspondent niet op papier uitkomt, omdat ik op internet snel met andere zaken bezig ben en  niet genoeg zin heb om een heel groot stuk te lezen. Tenzij het onderwerp mij echt boeit, maar dat is nog niet snel gebeurt.

Naast de verklaring van Rob waren er nog twee ‘rubrieken’. De eerste was de quiz, waarbij alle studenten bij aanvang moesten staan. Er kwamen vragen langs, en leerlingen moesten kiezen uit de klassieke A of B. Was het A? Je moest dan je arm opsteken. En als je vond dat het antwoord B was, hield je je arm stijf langs je lijf. De foute personen waren verplicht tot zitten, en mochten voor de rest niet meer meedoen. Al met al werd Johan de eerste winnaar, nota bene uit mijn klas.

Daarna kwam de Student van de Week. Hierin konden de eerstejaars studenten elkaar nomineren. Wie de meeste nominaties had én er een waardig argument bij toe te voegen was, kreeg een presentje van de presentator (eigenlijk was dat ook een docent; meneer Pfauth).

Tot slot keken we een journalistieke blunder die gemaakt was op de (inter)nationale TV. Deze keer was het een presentator/interviewer die schaterde van het lachen, en de gasten in het programma voelden ze zich niet meer serieus genomen en keken ongemakkelijk… zie het desbetreffende filmpje hieronder.